"On n'est pas dans le futurisme, mais dans un drame bourgeois ou un thriller atmosphérique"
Zuid-Korea, 1980. In de zuidelijke stad Gwangju vindt in de nasleep van de moord op de militaire dictator Park Chung Hee een studentenopstand plaats, die gevolgd wordt door brute represailles en een afkondiging van de krijgswet. Terwijl de veertienjarige Dong-ho tussen het almaar groter wordende aantal lichamen op zoek gaat naar zijn vriend Jeong-Dae, raakt hij verstrikt in omstandigheden die hij niet onder controle heeft en die uitmonden in een confrontatie met het leger. Vijf jaar later houdt de militaire dictator Chun Doo Hwan het land in zijn greep. Zijn hardvochtige regime met een uitgaansverbod, censuur en politieagenten in burger heeft ervoor gezorgd dat de details van het bloedbad verzwegen blijven. Maar de doden, onbegraven achtergelaten en zonder dat er om hen gerouwd is, achtervolgen nog steeds de levens van de overlevenden, die nu hun eigen leven op het spel zetten door zich tegen het regime te verzetten. In deze rijk gestructureerde klaagzang laat Han Kang een meesterlijke beheersing van toon zien, wanneer zij zich beweegt tussen de harde realiteit van onderdrukking, duisternis, onsamenhangende fantasie en de poëzie van het alledaagse.
Il n'y a pas encore de discussion sur ce livre
Soyez le premier à en lancer une !
"On n'est pas dans le futurisme, mais dans un drame bourgeois ou un thriller atmosphérique"
L'auteur se glisse en reporter discret au sein de sa propre famille pour en dresser un portrait d'une humanité forte et fragile
Au Rwanda, l'itinéraire d'une femme entre rêve d'idéal et souvenirs destructeurs
Participez et tentez votre chance pour gagner des livres !